naar overzicht

Een docent met jeuk

‘Daktari, ik heb een probleem dat me bezighoudt. U was gisteren bij mij op school en sindsdien… kriebelt er iets’. Ik zet mijn microscoop uit en geef de hoofdmeester een hand. Ik heb net een ronde gemaakt langs scholen om uit te leggen wat we de komende maanden willen gaan doen. We gaan een viertal medicijnen testen en daarvoor willen we dat alle kinderen waarvan de ouders denken dat ze malaria hebben naar de kliniek komen. Hoewel dat heel logisch klinkt, betekent het voor sommige ouders een (tijdelijke) omschakeling. Meestal kopen de ouders zelf medicijnen en proberen ze het medische circuit te omzeilen. Om de eenvoudige reden dat dit te duur is.

In een aantal Afrikaanse landen wordt geëxperimenteerd met een ziektekostenverzekering maar in de praktijk betekent ziekte vrijwel altijd een onverwachte en ongewenste kostenpost. Ineens moet er geld opgehoest worden voor een ziek kind. De hoogte van het bedrag hangt af van de weg die je kiest. De lange en zorgvuldige weg is de duurste. Reiskosten naar de kliniek, soms een kleine vergoeding voor het aanmaken van een patiëntenkaart en vrijwel altijd de kosten van de labbepalingen die bijvoorbeeld aantonen of het kind malaria heeft of een andere koortsende ziekte. Die kosten zijn een zware dobber voor mensen die leven van de producten van hun eigen kleine boerderij. Voor hen is de wekelijkse groentemarkt vaak de enige bron van inkomsten. En zelfs op een kleine dorpsmarkt is de concurrentie enorm. Tientallen buren proberen hetzelfde gevarieerde aanbod van tomaten en uien aan de man te brengen. Hoewel er meestal van honger absoluut geen sprake is, is er wel een gebrek aan financiële middelen. Schoolgeld en medische kosten zorgen dan al snel voor serieuze geldnood. Daarom kiezen veel ouders bij ziekte voor de goedkoopste optie. Niet naar de dure dokter maar naar het goedkope apotheekje om de hoek. Apotheekje is eigenlijk niet het goede woord, het zijn eigenlijk kleine warenhuisjes. Zo is er rond ons huis in Mbita een groot aantal winkeltjes met namen als God is Great Delicacies (waarvan ik me altijd heb afgevraagd of met is niet has bedoeld wordt), Cornershop (midden aan een kaarsrechte weg) en Ocean View (met uitzicht op het Victoriameer, de grootste hoeveelheid zoet water van Afrika). Ieder winkeltje is zo’n 9 m2 groot en verkoopt in een willekeurige, zij het altijd onlogische, ordening: Coca-Cola, tomatenpuree, condooms, WC papier, witbrood, paracetamol, eieren, kerriepoeder, antimalariamiddelen, kalenders van de president, BlueBand en voorbedrukte wenskaarten die zo vol staan met zoetsappige religieuze onzin, dat je nauwelijks plaats kunt vinden voor een ondertekening. In ieder geval kun je dus overal terecht voor antimalariamiddelen. Het zijn vrijwel altijd goedkope generieke middelen. Soms van redelijke kwaliteit, soms zonder een spoor van een werkzame stof. Zelfs op de betere varianten staat vaak ‘bij kamertemperatuur bewaren’ hoewel het van een aantal middelen bekend is dat de werkzaamheid achteruit holt als je kamer niet 20ºC is, maar af en toe het dubbele.

Door een verkeerde diagnose, slechte medicijnen of een verkeerde dosering, geneest een kind soms niet of niet volledig en verspreidt medicijnresistentie zich. Daarom willen wij dat kinderen direct naar de kliniek gebracht worden, zonder dat er eerst wat thuis geprobeerd wordt. Om dit te bewerkstelligen moet de studie zorgvuldig uitgelegd worden en heb ik met twee welbespraakte Kenianen een twintigtal schooltjes en weeshuizen bezocht, om leraren en verzorgers de studie uit te leggen. Af en toe mocht ik de groep leerlingen toespreken om in simpele taal te vertellen dat zij en hun broertjes en zusjes gratis voor malaria behandeld konden worden in de kliniek. En dat ze bovendien de kans kregen om gratis de dokter te zien en behandeld te worden voor andere veelvoorkomende aandoeningen als darm- en luchtweginfecties. De medewerking van docenten is cruciaal voor het slagen van het project. Kinderen moeten namelijk geregeld terug komen voor controle en kunnen daardoor af en toe te laat komen bij lessen. Reden genoeg om alle docenten tevreden te willen stellen. Nu de hoofdmeester aan mijn bureau staat, concludeer ik dat er iets misgegaan is en dat er wat irritatie is ontstaan.

‘U was gisteren bij ons op school en sindsdien… kriebelt er iets’, zei de hoofdmeester. ‘Kan ik de studie nogmaals uitleggen?’, vraag ik. ‘Is er onduidelijkheid over de procedure?’. ‘Nee, uw verhaal was duidelijk, er is alleen iets dat misschien niet helemaal klopt. Iets dat mij enorm dwars zit en dat ik graag even onder vier ogen zou willen bespreken’. Dat klinkt serieus. Ik word een beetje nerveus. Er hoeft niet zoveel te gebeuren om de mening van mensen te doen omslaan en we kunnen het ons niet permitteren dat er slechte verhalen de ronde doen over onze studie. Ik pak snel wat voorlichtingsmateriaal en volg de man naar zijn klaslokaal.

‘Wacht u even’, zegt de docent op zachte toon als we aangekomen zijn in zijn kantoor. Ik blader wat in mijn paperassen. Vanuit een ooghoek zie ik dat de docent teruggekeerd is.

 

Ik lees nog even snel een alinea uit en kijk dan op van mijn papier. De man heeft zijn broek laten zakken en staat op een meter afstand. Er kriebelt iets. Op ooghoogte zie ik ineens heel duidelijk wat er kriebelt. En het is geen malaria. Ook geen ontevredenheid over het project. Indrukwekkende zweren bedekken zijn geslacht. Om de man niet verder in verlegenheid te brengen inspecteer ik zijn zaakje even aandachtig. Ik trek mijn gezicht voor zover dat gaat in een serieuze plooi en zeg dat hij zich weer kan aankleden. Ik neem hem mee naar de kliniek, fluister de verpleegkundige mijn diagnose in het oor en laat hem de zaak afhandelen. Als de docent even later langsloopt om mij te bedanken, druk ik hem nog snel wat voorlichtingsbrieven in handen. Hij gratis antibiotica, ik gratis reclame.